Werkboek deel 3 voor woordbenoemen De woorden in een zin kun je ook apart benoemen. Wat is een zelfstandig naamwoord en wat een bijvoeglijk naamwoord? Dit noem je woordbenoemen. Het kunnen benoemen van een woord bepaalt of je woorden in een juiste volgorde zet en zo een juiste zin kunt vormen. Het geeft inzicht in de structuur van de taal. Dit werkboek helpt je om het woordbenoemen onder de knie te krijgen. Woordbenoemen is ook een groot onderdeel op de Cito Eindtoets. Dit boek is ook zeer geschikt om in te zetten als toetsvoorbereiding op de Eindtoets. Dit werkboek is deel 3 van een serie van 3 en is het vervolg op deel 1 en deel 2. Het bestaat uit gemengde opgaven. De opgaven in dit boek zijn zeker niet makkelijk. Om dit boek te kunnen maken, moet je de stof uit de delen 1 en 2 goed beheersen. In Woordbenoemen deel 1 komen de volgende woordsoorten aan bod: Werkwoorden, Infinitief, Hulpwerkwoord, Voltooid en Onvoltooid deelwoord, Lidwoord, Zelfstandig naamwoord, (Stoffelijk) Bijvoeglijk naamwoord, Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord en Voorzetsels In Woordbenoemen deel 2 komen de Voegwoorden, Telwoorden: Voegwoorden: nevenschikkend en onderschikkend, Telwoorden: hoofdtelwoord en rangtelwoord, Persoonlijk, Bezittelijk, Vragend, Aanwijzend, Onbepaald, Betrekkelijk, Wederkerend, Wederkerig voornaamwoord, Bijwoordaan bod.