de taart van fiep de heks:
er is feest op school.
kaat neemt fiep mee.
maar fiep is een heks.
is dat wel slim, kaat?
fiep de heks doet wat geks:
‘heks eens wat voor mij!’ zegt kaat.
‘ik wil wel een kat.’
er sist iets.
ze zien een fel licht.
en fiep zegt: ‘oeps…’