Limburgs (in het eigen dialect aangeduid als Limburgs, Limbörgs, Lèmbörgs of Plat) is de verzamelnaam voor een reeks verwante taalvarianten die gesproken worden in het merendeel van Belgisch- en Nederlands-Limburg, de Platdietse streek en aangrenzend Noordrijn-Westfalen. Het Limburgs kent geen standaardvorm, maar valt uiteen in meerdere varianten met elk hun eigen karakteristieken.
In België worden de Limburgse varianten sinds 1990 door de Franse Gemeenschap erkend als inheemse regionale taal. In Nederland geniet het Limburgs sinds 1997 de status van erkende regionale taal.
Welke definitie men kiest, bepaalt de exacte afbakening van het Limburgs taalgebied. In de dagelijkse praktijk bedoelen sprekers met ‘Limburgs’ de endogene taalvarianten van beide Limburgen. In Limburg zelf identificeren mensen hun dialect doorgaans met hun stad, streek of dorp (bijvoorbeeld als Weerts, Tegels, Maastrichts) of noemen het ‘plat’.
De bestuursrechtelijke definitie (Nederland) luidt: ‘de streektaal die, in diverse varianten, wordt gesproken in de Nederlandse provincie Limburg’, zoals vastgelegd in het Europees Handvest voor regionale talen of talen van minderheden.
Ik heb een vraag over het boek: ‘Het Limburgse dialect - Offermans, Ruud’.
Vul het onderstaande formulier in.
We zullen zo spoedig mogelijk antwoorden.