Voor het eerst zijn twaalf markante verhalen van Europese olifanten gebundeld door oud-journalist Robert Capiot. Hij schetst het leven van twaalf olifanten vanaf de Oude Grieken tot aan WO I Bij snode krijgsheren, praalzieke pausen, machtige keizers en gewiekste handelaars bestaat al heel lang een bijzondere fascinatie voor imposante olifanten. Niet verwonderlijk, want deze exotische dikhuiden zijn inzetbaar als oorlogswapen, pronkstuk of geldmachine. Aan de hand van oude documenten en kunstwerken wordt voor het eerst het levensverhaal van twaalf olifanten verteld, gaande van de favoriet van Hannibal tot de onfortuinlijke Topsy die sterft op de elektrische stoel. Deze non-fictie is rijkelijk geïllustreerd. INHOUD
1 Inleiding p9
2 Nikon, olifant van de pyrrusoverwinning p11
3 Surus, favoriet van Hannibal p24
4 Abu’i Abbas, sprookjesolifant van Karel de Grote p39
5 Hanno, troetelolifant van de paus p58
6 Suleiman, geëindigd als Duitse schoenzolen p78
7 Emanuel, de olifant van kunstenaars en keizers p91
8 Don Diego, met spotnaam door Europa p116
9 Hansken, kermisolifant dol op alcohol p130
10 Castor en Pollux, Parijs’ kerstmenu met olifant p153
11 Jumbo, meesterwerk van een oplichter p166
12 Topsy, olifant op de elektrische stoel p184
13 Jenny, olifant met pinhelm p197
Bibliografie p210