In 2084 zet Ingrid Verhelst de maatschappij neer waarin generatie Alpha oud zal worden, een maatschappij, gebouwd op onrecht, controle en repressie. De democratie is dood, burgers worden gechipt en ingedeeld in kasten die geen contact mogen hebben met elkaar. Niet-gechipten worden beschouwd als Ratten, opgejaagd wild. Wie wil ontsnappen uit het systeem heeft slechts één uitweg: zelfmoord.
Als Tiberius Volkers, een bejubeld ambtenaar, te weten komt dat President Dikkop alle niet-gechipten wil laten afmaken, gaat hij de confrontatie aan. Zijn moed wordt beloond. Hij mag een spel opzetten waarin de verschillende kasten moeten samenwerken. Slaagt zijn opzet, dan krijgen de Ratten gratie.
Net voor de start ontdekt Volkers dat Dikkop het spel wil laten ontsporen. Vanaf dat ogenblik is zijn leven, en dat van alle anderen die hij heeft meegesleept in zijn project, geen cent meer waard.
