Leer alle spellingregels rondom de klankwoorden op een leuke en verantwoorde manier. Leer alle spellingregels rondom de klankwoorden.
Alle woorden die kinderen in een groep leren spellen, zijn onderverdeeld in klankwoorden, regelwoorden en weetwoorden. Dit boek bevat oefeningen over de klankwoorden die kinderen in deze groepen leren. Klankwoorden zijn woorden waarin vaste letters bij bepaalde klanken horen. Bijvoorbeeld woorden met een korte klank, woorden met tweetekenklanken of woorden met klanken die hetzelfde klinken, maar anders worden geschreven. Wanneer gebruik je welke spellingregel?
Spellen is het kunnen schrijven van woorden. Je hoort een woord in klanken en deze klanken schrijf je in letters op. Samen vormen deze letters op papier het woord. Maar schrijf je de letters ook wel op de juiste manier? Spelling moet vaak herhaald worden, want je past het altijd en overal toe. Door te blijven oefenen, houd je de spelling op niveau. Leer op een leuke en verantwoorde manier de spelling van de klankwoorden. Woorden met sch en schr 4
Woorden met ng en nk 7
Woorden met aai, ooi en oei 10
Woorden met be, ge en ver 14
Woorden met twee of meer medeklinkers 17
De plaagletter r 20
Woorden met eeuw, ieuw en uw 21
Woorden met ig en lijk 23
Woorden met ig, lijk en ing 26
Woorden met heid en teit 28
Woorden met isch of ische 32
Woorden met eerd of aard 33
Antwoorden 34